Liturgische Bloemschikking in de veertigdagentijd 22 februari tot en met 05 april 2015

Open je handen

De basisschikking; zijn twee handen bevestig op een stronk. De handen zijn gemaakt van metaaldraad omdat dit sterk is en tegelijk iets fragiels heeft. Als het licht erop valt zie je een schittering en zijn de handen goed zichtbaar. Op andere momenten moet je goed kijken om de handen te kunnen zien. Deze handen hebben een dubbele betekenis. Ze staan voor de handen van God, soms nauwelijks merkbaar, om op andere moment als sterk en dragend ervaren te worden. Tegelijk zijn Gods handen ook onze handen. Jezus ia daarbij de mens bij uitstek die Gods dragende en delende handen zichtbaar heeft gemaakt. In navolging van Hem worden wij geroepen om na te denken waar onze handen kunnen delen, troosten of helen.

Zondag 22 februari 1ste zondag: Thema; Roept hij mij aan

Lezing; Psalm 25:1-10, Marcus 1:12-15

In de evangelietekst horen we over het begin van de weg die Jezus gaat. Na de doop in de Jordaan drijft de Geest hem naar de woestijn. Hier is het dat de Satan hem op de proef stelt. Zal hij vallen voor de verleidingen die de verwarringzaaier hem voorhoudt of zal hij kiezen voor de weg van liefde en trouw? Jezus opent zijn handen voor Goeds weg.

In de schikking zien we de geopende handen om liefde en trouw te ontvangen van Godswege. Je ballast, verbeeld door de stenen in het draad, mag je neerleggen. Dit in navolging van Jezus die alles wat hem af kon houden van het gaan van de weg van liefde en trouw achterliet in de woestijn. Teken van hoop werd Hij – bloeiend in de winter.

Zondag 01 maart 2de zondag: Thema; Gedenk

Lezing; psalm 16, Marcus 9:2-10

Van overvloedige vreugde is sprake in de evangelielezing waar Jezus met drie van zijn leerlingen de berg opgaat. De berg is in de bijbel de plaats van Godsontmoeting. Op de berg zien de leerlingen de gedaanten van Mozes en Elia. Het is een topervaring die ze stevig in handen willen houden. Weer beneden leren ze dat deze ervaring hen sterkt om hun handen te openen voor de naaste. We zien in de schikking handen die beschermen wat kostbaar en teer is. De leerlingen op de berg willen met hun handen de ervaring van intens geluk beschermen en vasthouden.

Zondag 08 maart 3de zondag :Thema; Mijn ogen

Lezing; Psalm 19:8-15, Johannes 2:13-22

LBS; In de psalm lezen e dat de voorschriften van de Heer begeerlijker zijn dan goud en zoeter dan honing. En dat de wet niet anders is dan levenskracht voor de mens. Levenskracht die je met open handen mag ontvangen, levenskracht die met open handen doorgegeven mag worden. De leefregels die van God gegeven zijn, zijn goud waard. Daar tegenover zien we hoe het materiële goud een grote aantrekkingskracht heeft op de mens. Het verlangen om zoveel mogelijk geld te verdienen maakt dat zelfs de tempel geen heilige plaats meer is, niet langer een plaats van gebed maar van verdienste. Jezus maakt schoon schip en verjaagt eigenhandig de handelaars uit de tempel. We zien hoe de handen geopend zijn. Ze zijn open om alle ruimte te kunnen geven aan de schoonheid van de wet. Jezus zijn handen vegen de tempel schoon om weer plaats te maken voor het goud van de leefregels van God.

Zondag 15 maart 4de zondag: Thema; Verheug u

Lezing; Psalm 122, Johannes 6: (1), 4-15

Psalm 122 een leid vol vreugde over Jeruzalem. Het is de droomstad waar vrede en recht heersen. De stad die je wilt delen met allen die je lief zijn. De stad waar het huis van de Heer zich bevindt, als een hart van het leven. Jezus laat in woord en daad zien wat vrede en recht in het dagelijks leven betekenen. Dat het delen van brood en vis overvloed geeft. Hij laat zien dat delen betekent dat er licht doorbreekt, dat het blijdschap geeft en geluk. Dan is er voedsel genoeg voor ieder mens. De handen laten de delende handen van Jezus zien. Vijf broden en twee vissen blijken meer dan genoeg te zijn. Zijn handen leggen het breken en delen in de onze.


Zondag 22 maart 5de zondag: Thema; Doe mij recht

Lezing; Psalm 51, Johannes 12:20-33

Jezus verteld over de graankorrel die moet sterven om veel vrucht voort te kunnen brengen. Vervolgens horen we hoe Jezus zegt dat zijn uur gekomen is. Dit uur is volgens Johannes het uur van de verheerlijking. Het is dood en leven ineen, zoals dat in de parabel van de graankorrel naar voren komt. Alleen door het leven te verliezen is het leven te winnen. Het is het doel van zijn bestaan. De handen in de schikking liggen tegen elkaar, nadenkend, bezinnend. De korenaar en de graankorrels verwijzen naar de parabel die Jezus vertelt.

Zondag 29 maart 6de zondag Thema; Palmpasen

Lezing; Psalm 118:1-2, 19-29, Marcus 14:1-15:47

In Psalm 118 wordt bezongen hoe de steen die de bouwers afkeurden tot hoeksteen is geworden. De psalm bevat een oproep tot juichen, tot blijdschap. Een roep om feest te vieren en te gaan met groene twijgen tot aan de horens van het altaar. De woorden van deze psalm kwamen in herinnering toen Jezus op een ezelsveulen naar Jeruzalem reed om de stad binnen te gaan. In de schikking zien we de slinger van rode bloemen die samen een weg vormen. Ze verijzen naar de jassen die door de mensen uitgetrokken werden om een rode loper voor Jezus te vormen toen hij de stad binnentrok op een ezelsveulen. De handen juichen mee met vele stemmen.

Zondag 5 april Pasen Thema; Open je handen

Lezing; Psalm 118:15-24, Johannes 20:1-18

Voor Maria uit Magdala lijkt alles verloren nu Jezus is gestorven. Wanneer ze de Opgestane ontmoet in de tuin is er geen herkenning. Bij het noemen van haar naam breekt het licht door. Ze strekt haar handen uit naar diegene die ze dacht kwijt te zijn. Ze wil terug naar wat voorbij is. Daar in de tuin hoort ze dat haar handen los moeten laten. Alleen met open handen is het geheim van de Opstanding te beleven. We mogen met open handen het geheim van Pasen vieren. Tussen de handen zien we een schaal vol witte bloemen. Ze vertellen over de gave licht dat volop stroomt. Onze handen mogen dat licht doorgeven. Rondom zien we doorzichtige kralen als de tranen van Maria- dwars door de tranen van verdriet en gemis heen, breekt de hoop door.